Prekenweb.nl

Ds. C.G. Vreugdenhil - Genesis 18 : 16 - 33

Informações:

Synopsis

Bijbeltekst Omschrijving: [16] Toen stonden die mannen op van daar, en zagen naar Sodom toe; en Abraham  ging met hen, om hen te geleiden.[17]   En de HEERE zeide: Zal Ik voor Abraham verbergen, wat Ik doe?[18]   Dewijl Abraham gewisselijk tot een groot en machtig volk worden zal, en  alle volken der aarde in hem gezegend zullen worden?[19]   Want Ik heb hem gekend, opdat hij zijn kinderen en zijn huis na hem zoude  bevelen, en zij den weg des HEEREN houden, om te doen gerechtigheid en  gerichte; opdat de HEERE over Abraham brenge hetgeen Hij over hem  gesproken heeft.[20]   Voorts zeide de HEERE: Dewijl het geroep van Sodom en Gomorra groot is,  en dewijl haar zonde zeer zwaar is,[21]   Zal Ik nu afgaan en bezien, of zij naar hun geroep, dat tot Mij gekomen  is, het uiterste gedaan hebben, en zo niet, Ik zal het weten.[22]   Toen keerden die mannen het aangezicht van daar, en gingen naar Sodom;  maar Abraham bleef nog staande voor het aangezicht des HEEREN.[23] ¶  En Abraham trad toe, en zeide: Zult Gij oo